CALUM STEWART - TRUE NORTH

Artiest info
Website - bandcamp
facebook
Label: Absilone
distr.: Xango

Als ik er zo even bij stil sta, kan ik niet om de vaststelling heen, dat we in deze kolommen eigenlijk niet zo geweldig veel aandacht hebben voor de folk die vandaag bij onze buren van net over de kleine plas gemaakt wordt. En dat is best jammer, want ze blijven daar op ontzettend hoog niveau muziek-met-wortels maken, waarbij ze de klank en de scene van vandaag in verbinding brengen met de rijke traditie en een nauwelijks te evenaren beheersing van een heel bijzonder instrumentarium. Neem nu Schotland, waar je, ook vandaag nog, ontelbare cafés en kleine zaaltjes vindt, waar gespeeld, gezongen en gedanst wordt en waar de Schotse traditionele muziek voor het nageslacht bewaard wordt en vaak van vader op zoon wordt doorgegeven. Relatief nieuw daarbij, is de vaststelling dat jonge Schotse muzikanten al eens wat grenzen durven oversteken, zowel geografisch als muzikaal en dat je dus allang niet meer beperkt bent tot jigs en reels, die je al honderd keer eerder gecoverd hoorde worden.

Een van de belangrijkste exponenten van die nieuwe golf, is fluitist en uillean piper Calum Stewart. Jawel, u leest het goed: Stewart speelt uilleann pipes, hét Ierse instrument bij uitstek en dat is het gevolg van een heel natuurlijke evolutie. Hij begon, zoals haast iedereen, met een pennywhistle, “groeide door” naar de houten fluit en maakte, nadat hij een beetje bij toeval een oefendoedelzak in handen had gekregen, van daaruit de overstap naar de uilleann pipes, zodat hij vandaag zowel het Ierse als het Schotse repertoire kan spelen. Maar er is meer: Stewart is ook een begenadigd componist en arrangeur en hij is technisch zodanig onderlegd, dat hij zich ook aan filmmuziek durft te wagen of gaat concerteren met heuse klassieke ensembles. Dat brengt hem vandaag op tot erkenning in flinke delen van Europa en tot een status van “veel gevraagde” muzikant, wiens werk je op ruim dertig platen kunt horen.

Geen wonder dat de Schotse vereniging die de cultuur bewaakt, hem uitriep tot “traditional instrumentalist of the Year”. Dat is intussen een jaar of zes geleden, maar we weten allemaal dat de wereld een tijdje heeft stilgestaan vanwege Covid en dus verwelkomen we met bijzonder veel genoegen deze nieuwe plaat, waarop Stewart een mix brengt van al dan niet stevig bewerkte traditionele stukken en zelfgeschreven materiaal. Hij krijgt daarbij de hulp van het Bretonse Spontus -waarover we hier al wel eens vaker lovend schreven- en cisterspeler/gitarist Sylvain Quérén die enkele weken geleden nog te gast was bij onze vrienden van Muziekpublique in Brussel.

Samen werken ze zich met een organische en naturelle flair doorheen tien nummers -u weet hoe dat gaat bij die folkies: ze werken drie of vier melodieën uit tot één nummer- en zo’n kleine veertig minuten heel fijne, vaak rustige maar bij momenten ook erg blije en opzwepende muziekjes, die je toelaten een tijd lang te denken dat je inderdaad de kleine plas overstak en helemaal “in the scene” opgenomen werd. Ik hou van dit soort platen en telkens ik er de kans toe krijg en muzikanten als Stewart kan gaan beluisteren en bekijken, merk ik dat ik lang niet alleen ben. Dat is een heuglijke vaststelling en ik kan alleen maar hopen dat de ster van Callum nóg meer gaat rijzen aan onze kant van het Kanaal.

(Dani Heyvaert)